Skip to main content

Land in de Ruimte

Dit land verzamelt materiaal dat is geïnspireerd op het boek 'Ruimten Rondom' van Georges Perec (1998).
In deze schitterende publicatie overdenkt Perec verschillende 'ruimtes'. Hij start klein, in de persoonlijke leefruimte, en eindigt groots, in de kosmos.  

.

Cover voor het boek

Hier probeerde ik 3D en 2D met elkaar te verzoenen. Dimensies zijn namelijk ook een ruimtelijk gegeven. En een boek is een ruimtelijk object. Het beeld is losjes geïnspireerd op het pictogram voor nooduitgang. 

Mensen meubels en objecten

Perec beschrijft in ergens in het boek wat er allemaal op zijn nachtkastje ligt. Ik besefte zo, dat de dingen die mensen in hun huis verzamelen, veel zeggen over wie ze zijn. Daarom ben ik verhalen van mensen beginnen illustreren, over wat ze thuis op hun meubels hebben liggen. Het begint bij mijn eigen nachtkastje en is zo een reeks die eindeloos kan doorgaan. Gelukkig is niet iedereen zo rommelig als Perec (en ikzelf), dat maakt het illustreren gemakkelijker :-). 

Deze illustratie is de cover van de doos waarin ik deze verhalen bewaar.

Mijn nachtkastje

Naast mijn bed -ik slaap aan de linkerkant vanuit het perspectief van het voeteind, en aan de rechterkant vanuit het perspectief van het hoofdeind - staat een smeedijzeren tafeltje met daarop: een wekkerradio waarvan het antennedraadje aan bed omhoog hangt, een haarspeld, een halfvol glas water, een kleurrijk doosje dat nonkel Paul me gaf na een reis naar India, waarin ik oorbellen bewaar (verschillende waarvan de tweede zoek is), papieren zakdoekjes, een juwelendoosje van houtsnijwerk dat ik kreeg van mijn grootvader, en hij op zijn beurt als geschenk ontving van een gevangen Duitse soldaat (mijn grootvader werkte in de gevangenis), een kattenkop met twee aansluitingen: één voor de wekker en één voor de nachtlamp (die aan mijn bed hangt).

Mijn dressoir

Deze kast dient als verzamelplaats van allerlei wisselende rommer die ik op dat moment gebruik. 

Sinds enige tijd is de ruimte onder de kast ook de plek om mijn schoenen te bewaren. 

Legplank van de ingemaakte kast

Mijn lelijke ingemaakte kast (een erfenis van de vorige eigenaar van het huis) omhult één schapje (of is het schabje?) dat trotse drager is van dingen en de daarmee verbonden mensen die ik koester.
Tussen het stof, dat behoort tot de gezelligheid van het huis (het is ook wel een tikkeltje luiheid, want alle objecten telkens opheffen om het schapje schoon te vegen is een hele opgave) bevinden zich:
Een vrolijke foto van mijn overleden vader met mijn zoon Coby op de arm. Achteraan twee kerkstoeltjes uit mijn moeder haar knutseltijd, één van haar kwaliteiten die ze helaas verloren is door alzheimer.  Hierbij hoort het doodsprentje van Adriaan, de zoon van een lieve collega. Coby heeft zijn trofée van de Argonauts (American footbal) van 2019 hierbij gezet (omdat hij gebroken was bij afgifte, kreeg hij onlangs een nieuwe). Deze beker past volgens mijn fiere zoon op ons ‘remarquabel’ schapje.
Tot slot staat er nu een strooien vosje, net gekregen en voorlopig wachtend op een betere plaats (jammergenoeg kan hij zelf niet lopen).

Mijn buiten-verblijf

Ik heb geen weekendhuis, maar wel een buiten-verblijf in mijn tuin. 

Perec vraagt zich in 'Ruimten Rondom' af,  wat het zou geven als je huizen niet functioneel zou inrichten, maar op basis van dagen van de week: je krijgt dan een maantorium, dinstorium, woenstorium en ga zo maar door. En, stelt hij, zatertoria en zontoria bestaan al, onder de naam van weekendhuizen. Deze afbeelding geeft dus mijn zontorium weer.